‘Ik wil dat mijn woorden dansen over de tafel.’ Dat zei een nogal ambitieuze cursist laatst tegen mij. Of ik hem dat kon leren? Deze vraag, weliswaar in iets andere bewoordingen, krijg ik vaak. Veel van mijn cursisten vinden hun eigen zakelijke teksten veel te saai. Ze willen graag ‘prikkelende’, ‘pakkende’ en ‘creatieve’ e-mails, webteksten of rapporten schrijven. Maar zijn dat soort teksten daar wel geschikt voor? Volgens mij wel. In mijn zomerse koelbox voor een creatieve tekst zitten maar liefst vijf tips om wat ‘losser’ te worden en je zakelijke teksten wat sprankelender te maken!
Een goede manier om ideeën te genereren voor een creatieve tekst is ‘speedwriting’ of het schrijven van ‘morning pages’. Daarbij neem je een leeg vel papier en begin je zonder op te houden 10 minuten lang te schrijven. Waarover? Dat maakt niet uit! Denk niet (teveel) na en blijf doorschrijven. De kunst is om te blijven schrijven, juist als je denkt dat je inspiratie op is. Je wordt dan namelijk gedwongen om verder te denken, en dan komen de creatieve ideeën tevoorschijn. Een lekkere warming-up voor de dag!
Veel teksten zijn ‘saai’ omdat alle zinnen op dezelfde manier opgebouwd zijn en allemaal ongeveer even lang zijn. Een beetje afwisseling daarin kan al een veel creatievere tekst opleveren. Als je dan ook nog zorgt voor wat variatie in je woordkeuze, heb je op een simpele en snelle manier je tekst al een stuk opgeleukt.
Vaak kunnen mijn cursisten mondeling heel duidelijk en beeldend verwoorden wat ze bedoelen. Als ik ze vervolgens vraag dat op te schrijven, worden hun formuleringen ineens een stuk formeler. En saaier. Daarom deze praktische tip: zet een foto van je doelgroep voor je neus en schrijf alsof je deze letterlijk toespreekt. Daarmee kom je los van je ‘schrijftaal’ en dichter bij je ‘spreektaal’. Ik doe deze oefening regelmatig in mijn schrijftrainingen. En dat vinden mijn cursisten niet alleen heel erg leuk, maar het levert ook nog creatieve teksten op.
Dit blog begint met een korte anekdote met een citaat van een van mijn cursisten. Zo heb ik de lezer meteen bij de kladden. Toch? Maar dit kun je helaas niet bij alle tekstsoorten toepassen; bij e-mails, brieven en memo’s is deze techniek vrij ongebruikelijk. Mijn tip is om je tekst, als het wél kan, eens te beginnen met een citaat, een voorbeeld of een anekdote. Je hoeft daarvoor helemaal niet ver te zoeken. Belangrijk is dat er een relatie is met het onderwerp van je tekst en dat het je lezer aanspreekt.
De journalistieke w-vragen kunnen je helpen om een leuke invalshoeken voor je creatieve tekst te vinden. Hoe dat werkt? Koppel elke w-vraag (wie, wat, waar, wanneer en waarom) aan het onderwerp van je tekst. Dit levert een hele lijst van mogelijke ‘werktitels’ op. Je kunt van één w-vraag er immers wel tien maken. Of meer. Verrassende invalshoeken te over dus. En het werkt altijd (en snel).
En nu maar hopen dat die woorden gaan dansen!
Annelies Buurman
Voor woensdagmiddag 28 augustus hebben we een heerlijke Trainingspicknick gepland. Een middag waarop we onze klanten een gratis kijkje in onze keuken bieden, zodat ze weten wat er dit najaar nieuw is op ons menu. We schreven al veel ‘Kijkjes in de keuken’, zoals deze over SEO. Wil je je voor de Trainingspicknick inschrijven? Dat kan via ons inschrijfformulier!
06 | 08 | 2019 | door: Ave Luth